Wat is gewijzigd in de pensioenregeling per 1 januari 2021?

Wat is gewijzigd in de pensioenregeling per 1 januari 2021?

Op 1 januari 2021 is een aantal wijzigingen in de pensioenregeling ingegaan. Een belangrijke wijziging heeft te maken met de nieuwe afspraak rondom de pensioenpremie in combinatie met de pensioenopbouw.

De meeste wijzigingen die in het nieuwe jaar zijn ingaan, zijn een logisch vervolg op afspraken zoals die wettelijk zijn vastgelegd, zoals de maximale pensioenopbouw. Daarnaast zijn er wijzigingen in de hoogte van je pensioenpremie en pensioenopbouw vanaf 2021 vanwege de nieuwe premieafspraak die door sociale partners van TNO is gemaakt. In dit nieuwsbericht zetten we die veranderingen op een rij.

Pensioenpremie
De pensioenpremie, de prijs die je als het ware betaalt voor de opbouw van je pensioen, was voor vijf jaar vastgelegd. Deze afspraak is geëindigd in 2020. Stel je wilt ook de komende jaren hetzelfde aan pensioen opbouwen, dan zou de totale pensioenpremie (dat is wat werkgever en werknemer samen betalen) stijgen van 18,2% naar ruim 24%. Je pensioen wordt dan erg duur. Dat heeft te maken met lagere rendementen en de lagere rente (ten opzichte van 2015) waarmee rekening moet worden gehouden bij de bepaling van de hoogte van de premie. Wat ook mogelijk is, is dat je de komende jaren iets minder pensioen opbouwt waardoor er niet zo’n hoge premiestijging is.

In de onderhandelingen over de arbeidsvoorwaarden voor 2021 hebben de sociale partners een besluit genomen over de nieuwe premieafspraak. Er is bepaald dat de totale premie 20,33% wordt. Een deel van deze pensioenpremie verrekent de werkgever net als anders met de medewerker via het salaris. Bij de berekening van de werknemerspremie houdt de werkgever rekening met een premievrije voet. Deze bedraagt net als in de voorgaande jaren €28.572 op jaarbasis. Werknemers betalen over het pensioengevende inkomen dat boven dit bedrag uitkomt tot het maximum van € 112.189 een percentage van 11,37%. (2020 10,11%). Je kunt dus op je salarisstrook van januari zien hoeveel dat is.

Omdat de totale pensioenpremie niet naar die ruim 24% stijgt, betekent dat je pensioenopbouw in 2021 wordt verlaagd van 1,75% naar 1,46%. Verder is besloten dat de premie en de hoogte van de pensioenopbouw jaarlijks worden vastgesteld tot de start van het nieuwe pensioenstelsel. Vanaf 1 januari 2021 is deze nieuwe premieafspraak ingegaan. Wil je meer weten over het hoe en waarom van deze wijzigingen? In deze webinar-special lees je er meer over.

Bij de premieafspraak hoort nog een aandachtspunt. Pensioenfondsen zijn namelijk wettelijk verplicht om ten minste een kostendekkende pensioenpremie te hanteren. Uit de premie moet de nieuwe pensioenopbouw, de benodigde risicopremies, uitvoeringskosten en de bufferopslag gefinancierd kunnen worden. Als dat niet lukt dan moet kapitaal uit de pensioenreserve worden toegevoegd. We hebben echter ook te maken met inflaties. Pensioenfonds TNO hanteert daarom een methode van een gedempte kostendekkende premie om dat effect te minimaliseren. Wat dat inhoudt zullen we hier nog kort uitleggen.

De prijs die we allemaal als werknemers betalen voor de pensioenopbouw is niet volledig kostendekkend. Hoe kostendekkend de premie wel is wordt uitgedrukt in een premiedekkingsgraad. Hoe lager deze premiedekkingsgraad is, des te meer er kapitaal uit de pensioenreserve moet worden toegevoegd om de nieuwe pensioenaanspraken te financieren. Om pensioenen te beschermen tegen fluctuaties van de actuele marktrente hanteert Pensioenfonds TNO in het kader van evenwichtigheid een staffel om de premiedekkingsgraad te beschermen. Jaarlijks wordt op basis van de premiedekkingsgraad per 30 september en het aantal jaren dat het fonds in onderdekking verkeert, vastgesteld of een toeslag op de premie voor het komende jaar noodzakelijk is. Zo moest op 30 september de premiedekkingsgraad minimaal 70% zijn. De premiedekkingsgraad voldeed hieraan en daarom is er geen sprake van een toeslag op de premie en/of een nog verdere verlaging van de pensioenopbouw. Voor 2022 geldt dat de premiedekkingsgraad op 30 september 2021 minimaal 75% moet zijn als het fonds dan nog steeds in onderdekking verkeert. Er is sprake van onderdekking bij een beleidsdekkingsgraad lager dan 104,1%.

Naast de pensioenpremie met bijbehorende opbouw, worden jaarlijks een paar bedragen in de pensioenregeling aangepast waar je rekening mee moet houden bij de berekening van je pensioenopbouw. Dat zijn het ‘drempelbedrag’ en het maximale bedrag voor pensioenopbouw. Op basis van die aspecten kun je kijken wat de wijziging van 2021 betekent voor je uiteindelijke pensioenopbouw.

‘Drempelbedrag’
Allereerst het ‘drempelbedrag’, ook wel franchise genoemd. Dat is het bedrag waarover je geen pensioen opbouwt. Dit bedrag is ongeveer gelijk aan de AOW-uitkering die je vanaf je AOW-leeftijd van de overheid ontvangt. Vanaf 1 januari 2021 is de hoogte van dat drempelbedrag € 15.287 (2020: € 15.136).

Maximale bedrag
Daarnaast geldt er ook een (wettelijk) maximaal bedrag waarover je ouderdoms- en partnerpensioen kunt opbouwen. Dat bedrag wordt jaarlijks geïndexeerd. In 2021 is dat € 112.189. Verdien je meer? Dan kun je bijvoorbeeld bij Pensioenfonds TNO via de Netto Pensioenregeling je pensioen aanvullen. Ook is er een aanvullende verzekering voor het partner- en wezenpensioen.

Wat betekent deze wijzigingen voor je pensioenopbouw?
Het ouderdomspensioen dat je ontvangt bij pensionering is een optelsom van wat je elk jaar hebt opgebouwd. Jarenlang was dat opbouwpercentage 1,75%, maar dat is voor 2021 verlaagd naar 1,46%. Vanaf 2021 is het opbouwpercentage variabel, omdat jaarlijks door de sociale partners van TNO een nieuwe premieafspraak wordt gemaakt. Dit heeft gevolgen voor het uiteindelijk te bereiken pensioen op de pensioendatum (in de regel de AOW-datum). Het te bereiken pensioen wordt hierdoor lager. Die verandering zul je de komende jaren terugzien op je pensioenoverzichten. Voor 2021 betekent het dat je over maximaal € 112.189 – € 15. 287 = € 96.902 * 1,46% ouderdomspensioen plus 70% partnerpensioen kunt opbouwen.

Het is lastig om in zijn algemeenheid iets te schrijven over de individuele consequenties voor de uiteindelijke hoogte van het ouderdomspensioen. Als je dicht tegen je AOW-datum aanzit zal het effect beperkt zijn. Het negatieve effect neemt dus af naarmate als je al meer pensioenjaren hebt opgebouwd. Anders geformuleerd: het effect is groter voor jonge startende werknemers die pas in dienst zijn getreden. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat als je een startende werknemer bent, dat het opgebouwde pensioen relatief laag is en de resterende tijd om de achteruitgang mogelijk te herstellen groot is. Een en ander is mede afhankelijk hoe de hoogte van de pensioenopbouw zich de komende jaren ontwikkelt.

Extra Pensioen
Doordat de hoogte van de pensioenopbouw is verlaagd, is er meer ruimte ontstaan voor inleg in de bruto Extra Pensioenregeling. Op basis van je persoonlijke gegevens kun kijken hoeveel ruimte de pensioenregeling voor jou op dit punt biedt. Onlangs hebben alle medewerkers hierover een brief ontvangen van het Pensioenfonds. De brief is in je digitale dossier geplaatst. Wil je die bekijken? Ga naar Mijn Pensioen. Nadat je met je DigiD-gegevens hebt ingelogd, vind je onder Documenten bij correspondentie de brief.

Partnerpensioen
Wat je dus opbouwt aan partnerpensioen bedraagt voor 2021 70% van 1,46%. Normaliter zou bij overlijden van een medewerker worden uitgegaan voor de resterende duur tot aan de AOW-datum van 70% van 1,46%. Sociale partners hebben hiervoor echter een afwijkende afspraak gemaakt. Bij overlijden tijdens dienstverband wordt  voor de resterende duur tot de AOW-datum van de overledene niet uitgegaan van 70% van 1,46% maar van 70% van een fictieve opbouw van 1,75% pensioenopbouw.

Bekijk de wijzigingen
In de pensioenplanner kun je de gevolgen van de wijzigingen per 2021 al zien. Je vindt de pensioenplanner bij Mijn pensioen. Op basis van die gegevens in de pensioenplanner kun je dan voor jezelf bepalen of uiteindelijk genoeg pensioen wordt opgebouwd. Ook zul je de wijzigingen tegenkomen op je jaarlijkse pensioenoverzicht. Je moet er dan wel op letten dat dat pas is op het pensioenoverzicht van 2021. Je ontvangt dat overzicht altijd na afloop van het betreffende jaar. Dat is dus pas in de loop van 2022. In de loop van dit jaar ontvang je het pensioenoverzicht over 2020. In dat pensioenoverzicht is dus nog géén rekening gehouden met de wijziging van de pensioenregeling omdat dit overzicht is gebaseerd op de situatie van eind 2020.

Tot slot kun je de wijzigingen ook terugvinden in het pensioenreglement van 2021 van Pensioenfonds TNO.